Glen Canyon en Zion Canyon

Na een overnachting in Page en het eerste hotel-ontbijt met zelfgebakken wafels gingen we gisteren eerst maar eens van boven kijken waar we later op de dag met een raft doorheen zouden varen. Een ritje van maar 10 minuten bracht ons naar een al erg vol parkeerterrein. Daar stond een Ranger ons te waarschuwen dat we voldoende water mee moesten nemen voor iedereen. Met 1,5 flesje voor zijn vieren konden we het wel redden, vonden we. We moesten een klein stukje klimmen naar een hutje bovenop, maar we waren al gewaarschuwd dat dit niet de eindbestemming was. Dat klopte, want na dat klimmetje begon een lang pad door het rode, mulle zand met kiezeltjes naar de echte rand van Glen Canyon. Lekker die kiezeltjes in je sandalen… 🙁

SAM_3320

Uiteindelijk konden we genieten van een prachtig uitzicht op de Colorado rivier. Dat stukje heet de Horse Shoe Bend. Dat is niet zo gek, want als je er van boven naar kijkt, maakt de rivier een scherpe bocht in de vorm van een hoefijzer. We zagen wat stipjes ver beneden ons. Dat waren de bootjes waarop we zouden gaan varen. Ze waren zo ver weg, dat we geen personen konden onderscheiden. Later bleek het om enorme rafts te gaan waar 18 mensen op kunnen zitten…

Na de klim terug (1,5 flesje water voor zijn vieren was duidelijk niet genoeg), hebben we nog even eten en lekkers ingeslagen voor de boottocht. Bij de Walmart zagen we ook grafische rekenmachines liggen die Jasper volgend jaar nodig heeft. Morgen even opzoeken of dat het goede type is, dan kan het voordelig zijn die hier vast te kopen.

Het was ons al opgevallen dat er wel heel veel kerken op een rijtje stonden op de weg Page in. We hebben ze voor de lol eens geteld en het waren er 13 (!). Van Jehova’s tot katholiek en meerdere soorten Baptisten. En dat terwijl er maar ongeveer 5000 inwoners zijn in Page.

Om half 1 was het tijd om ons te melden bij het kantoor van de boottochten. Alles wat we mee wilden nemen, moest in doorzichtige plastic tasjes. Handtassen en rugzakken waren niet toegestaan. Best een gedoe, maar we gingen door een tunnel naar de Glen Canyon Dam en daar heeft Homeland Security het voor het zeggen. Natuurlijk waren er wat toeristen die vonden dat deze regels niet op hun van toepassing waren. Even wat oponthoud, maar gelukkig kreeg de leidinggevende het aan hun hoofd gepeuterd dat de handtas en de grote cameratas echt niet mee mochten.

Eindelijk met de bus op weg. Inderdaad door een checkpost van de Homeland Security waar we doorgewuifd werden, door een lange, steil naar beneden lopende tunnel naar de onderkant van de dam. Die dam is een paar voet minder hoog dan de J.Edgar Hooverdam, maar wel breder. Dus hiervoor is meer cement gebruikt. Een feit waar ze hier erg trots op zijn. Na het uitstappen moesten we een helm op omdat we op een randje onder de hoge autobrug doorliepen en er is schijnbaar wel eens iemand met een bagel bekogeld.  🙂

Na het inleveren van de helm mochten we de raft op. Lekker “maar” met 15, dus plek genoeg om te zitten. Onze gids vertelde dat hij opgegroeid is in het Navajo reservaat en heeft ook van alles verteld over de tijdbesteding daar: elkaar met zandsteen bekogelen, mèt of zonder helm van een uitgeholde en ingedroogde watermeloen. Zelf sprak hij nog maar een heel klein beetje Native-American. Er was een tank waar we onze drinkflesjes konden bijvullen met water. De gids had een emmer water om hoeden en bandana’s in nat te maken om koel te blijven, en hij kon met een soort supersoaker een soort mist spuiten. Dat was hard nodig, want het was bloed- en bloedheet.

SAM_3368

En dan het landschap, dat is eigenlijk gewoon niet te beschrijven met die hoge klifwanden van rode rots, afgewisseld met stukken die zwart zijn geworden door een oeroud geologisch proces. Door die kleuringen zijn patronen ontstaan waar je met een beetje fantasie van alles in kan zien: van een kind op een schommel tot een coyote. Hier en daar waren er stukken uit de rotswand afgebrokkeld. Die stukjes waren dan zo groot dat er rechtop een heel voetbalveld in zou passen.

Op een gegeven moment keken we omhoog, en zagen we wat stipjes op de rand. Dat waren mensen die (waarschijnlijk met grote hoed) naar beneden keken op dezelfde plek waar wij ‘s ochtends gestaan hadden. Het water was zo helder, dat je in ondiepe gedeelten de forel kon zien zwemmen. Af en toe elektrocuteren ze het water, om zo te tellen hoeveel verdoofde forellen er boven komen drijven. Bizar, maar zo krijgen ze zicht op de hoeveelheid forel in de rivier.

We meerden aan op een strandje voor de broodnodige pitstop en om naar de petrogliefen te kijken: Rotstekeningen van beestjes en symbolen van 3000 jaar oud. Ze zijn simpelweg gemaakt door op het zwarte gesteende een laagje weg te beitelen. Door de hitte kwam het er niet meer van daar een foto van te maken. Jasper en vooral Wouter wilden nog een duik nemen in de Colorado rivier. De helden, want het water is maar 9 graden Celsius.

Op de terugweg hebben we nog wat golfjes gepakt, waardoor we allemaal met een nat achterwerk in de bus terug stapten. In de huurauto hebben we maar wat handdoeken op de zittingen gelegd voordat we op weg gingen naar Kanab in Utah. We hebben wat het weer betreft echt heel veel geluk gehad, want in de Canyon was het prachtig weer, terwijl het aan beide kanten erg donker en dreigend was. Vanuit de auto konden we zien dat het in sommige gebieden echt noodweer was, maar wij hebben dus lekker in de zon op het vlot gelegen 🙂

In Kanab is de McDonalds door voorgangers al bestempeld tot de allerslechtste McDonalds ooit. Wij moesten dat natuurlijk uitproberen. Eerlijk is eerlijk: het eten was niet slechter dan in andere vestigingen. Maar de bediening…  Telkens als ik wat bestelde, praatte ze al door me heen met de volgende vraag. Dat liep dus helemaal mis. We kregen niet genoeg, en niet wat we besteld hadden. Maar goed, uiteindelijk hadden we onze buik wel vol.

Na een ontbijt van fruit, yoghurt en toast gingen we vanmorgen op weg naar Zion National Park. Weer prachtig, maar weer op een andere manier: hier zijn verschillende kleuren in de verschillende lagen rots goed te zien. Supermooi om doorheen te rijden. Op een gegeven moment moesten we door een tunnel en aan de andere kant zag het er heel anders uit: heel groen, met bloemen en bomen.

Gauw parkeren en op zoek naar de fietsverhuur. We kregen 4 knalgele fietsen mee, en helmen waren niet verplicht, die deden we dus niet op 🙂

IMG_20150801_133325

Er konden 3 fietsen voor op een bus naar boven. Die bussen (met aanhanger) reden af en aan, dus ondanks de enorme drukte zaten we binnen een mum van tijd in 2 bussen. Die busrit naar boven duurde wel 40 minuten, maar er was genoeg te zien en er werd genoeg verteld, dus die tijd was zo om. Boven hebben we even een broodje gegeten en toen zijn we op de fiets gestapt naar beneden. Vals plat, dus erg spannend was het niet en erg inspannend ook lekker niet. Wel mooi om zo langs de rand van de weg de rivier te kunnen volgen. Helder water dat op sommige plaatsen ijsblauw was. Wat wel een beetje eng was: je wordt aan alle kanten gewaarschuwd voor flash-floods. Het kan een strakblauwe hemel zijn, maar als het een paar mijl verderop regent, kun je gewoon overvallen worden door een muur van water. We zagen onderweg ook stukken drijfhout bovenin de bomen hangen. Heel bizar. Maar wij hadden weer geluk met prachtig weer. Onderweg hebben we zelfs nog een hert gezien en later beneden in het dorp stond een hert met groot gewei in een tuin aan een struik te knabbelen. Een prachtige tocht dus, met weer prachtig weer. Zodra we de fietsen ingeleverd hadden, begon het weer te betrekken. Wat vervelend nou 😉

Morgen gaan we op het gemak naar Las Vegas. Op het gemak omdat we vanwege het tijdsverschil een uurtje extra krijgen. Dat uurtje hadden we trouwens verloren op weg van Page naar Kanab.

Meer foto’s in het album USA 2015.